Eglise Notre Dame de la Paix, Suresnes

 

 

In een voorstad van Parijs staat de nooit voltooide Notre Dame de la Paix (1931-1934).

Na een langdurige planfase, waarin zeker 5 versies van de kerk zijn ontworpen door Dom Bellot, wordt er uiteindelijk een ontwerp gepresenteerd voor een grote stadskerk, met toren, schip, koor, kapel achter het koor en een crypte. Het aartsbisdom Parijs was echter bezig met een grootscheepse bouwgolf. Geld was een probleem. Het groots opgezette priesterkoor met kapel en crypte werd als eerste al ‘tijdelijk geschrapt’. Enkel de vloer van het hoogkoor en de benedenverdieping van de sacristie zijn uitgevoerd. In het ontwerpplan voor de voorgevel zijn daarnaast ook drie versies: met toren (600.000 frank), zonder toren maar met voorgevel (350.000 frank) en zonder voorgevel maar met een dichtgezette paraboolboog (200.000 frank).

 

Wat de beweegredenen zijn geweest de laatstgenoemde optie te kiezen mag zich raden, en zo komt het dat nu een middenschip zonder voorgevel en koorsluiting achter, voorzien van nood-metselwerk, dienst doet als kerk. De kerkklokken staan in een provisorische klokkenstoel buiten aan de achterzijde, waar eigenlijk het altaar had horen te staan.... Na oplevering verzuchtte Bellot dat het nu eigenlijk meer wegheeft van een vliegtuighangar...

 

raam van de lichtbeuk in het schip

 

 

 

 

links: toegang tot de nooit gebouwde doopkapel

 

 

links: detail voorgevel (portaal)

 

 

 

 

achterzijde (priesterkoor) met klokkenstoel

 

 

De voorzijde mist een orgeltribune en een portaal. Dat gedeelte is dus nooit gebouwd. Je loopt nu direct vanaf de straat door de deur de kerk in. De plaats van de portaaldeuren is dichtgezet met glas-in-lood en provisorische buitendeuren. Waar het priesterkoor zou moeten komen is dichtgezet met vlakken metselwerk. Wel is in een later stadium een bij-sacristie gebouwd aan de noordzijde, die heden ten dage dienst doet als dagkapel.

 

 

 

 

Van binnen is overigens genoeg te zien: onbeklede, betonnen veelhoekige bogen die hoog oprijzen overspannen de ruimte. Onder eerst voorzien van mozaïek, dan blauw geverfd, en tot de aanzet van de bogen in de traveeën wit.

De muren in de traveeën bezitten een gemetselde geknakte keperboog. Ook van pilaar naar buitenmuur is de overspanning een gemetselde geknakte keperboog.

 

De gekleurde bakstenen zijn vooral gebruikt om te accentueren, vooral bij de keperbogen. Het geeft de muren een rustige uitstraling.

 

De kerk is een van de weinige die opgezet is met een lichtbeuk over de gehele lengte van het schip: halverwege bevinden zich ramen, wat de lichtval in de kerk positief beïnvloedt. De meeste kerken van Bellot zijn donkerder. Het metselwerk is voorzien van de nodige accenten in kleur en ondanks dat de kerk dus maar half zo mooi is als die zou kunnen zijn is het een indrukwekkende ruimte.

 

 

Theoretisch zou de kerk vrij simpel af te bouwen zijn. Theorie kost echter geen geld. Het zal er wel nooit van komen....

 

foto's: a.w.a.lukassen en a.a. lukassen, augustus 2011